23 augustus: Berwick-upon-Tweed – Warkworth (76 km - 540 m klim)
Een stevige trek vandaag. Het eerste stuk over de kliffen was heel de tijd over grint- of graspaden, dus ik vorderde maar aan een slakke- -- of eerder kikvors -- gangetje. Daarom kon ik Holy Island niet bezoeken. Ik had op 2 uur maar 17 km afgelegd, en Holy Island was 13 km extra, terwijl ik er nog 60 te rijden had over een parcours dat ik niet kende. Ik heb wel lange tijd op een boomstam aan het reusachtige getijdestrand nabij Holy Island zen gezeten en daarna de Taichi vorm gedaan. Zo rustig en ontspannend was het daar.
Daarna ging het redelijk fel op en neer verder over landweggetjes, maar het was heerlijk fietsen en voor het eerst sinds de Hebriden in een zomers temperatuurtje. Daardoor moest ik aan het bloemrijke stationnetje van Chathill bij de stationchef mijn waterzak gaan bijvullen. Drie liter was onvoldoende vandaag.
24 augustus: Warkworth - Whitley Bay (59 km - 543 m klim)
De tocht begon met een 'Coquette' hindernis: om over de Coquette rivier te geraken, moest ik de fiets op vier treden van een voetgangersbruggetje heisen. Het bruggetje was maar net breed genoeg om ertussen te geraken. De rijweg ging ter hoogte van een aangelegd watervalletje dwars door de rivier, op dat punt ongeveer 15 cm diep, maar op twee wielen over een glibberig oppervlak en met redelijk wat stroming, dit durfde ik niet te riskeren.
Vlak voor Warkworth Castle passeerde ik een sportveld waar een cricketmatch bezig was. Omdat ik zo weinig begrijp van dat spel, placeerde ik me op een bankje nabij het clubhuis. Het liep tegen de middag en Lynn vond blijkbaar dat ik er hongerig uitzag.
Na een kort bezoek aan Warkworth Castle (12de eeuw of eerder) volgde ik de Coquet getijdenrivier tot Amble. Op het fietspad naast de mooie rivier sloeg ik een praatje met Evelyn, een heel positief ingestelde dame in een scootmobiel.
Amble is een gezellig kuststadje. Ik bezocht er een kreeftenkwekerij/onderzoekscentrum en nam een foto van een babykreeftje. Die krijg je normaal nooit te zien omdat ze de eerste twee jaar van hun leven onder het zand leven. De kreeftjes zaten in aparte vakjes omdat ze anders mekaar naar het leven staan. Wanneer ze volgroeid zijn wordt een inkeping gemaakt aan hun staart en worden ze in zee gezet. Die inkeping bevordert de fertiliteit en kreeften met een inkeping mogen niet aan land gebracht worden. Vissers moeten ze terug in zee werpen. Ik leerde er ook dat de kreeftgeslachten 'hen' en 'haan' worden genoemd.
Daarna liep het fietspad ongeveer 15 km achter de duinen met doorkijkjes naar het strand. De laatste 20 km waren minder prettig, met veel drukke wegen omdat ik Newcastle nader.
Ik mocht vannacht logeren in de tuin van de ouders van de eigenares van Walkmill Campsite, omdat er hier in de buurt geen tentcampings zijn. Tentkamperen is niet meer in de mode, of misschien is het niet winstgevend genoeg meer...
25 augustus: Whitley Bay – Trimdon (60 km – 468 m klim)
Eerst door de buitenwijken van Newcastle naar North Shields, rivierferry over Tyne naar South Shields, en dan een poos langs de kustweg met rechts bebouwing en links uitgestrekte graskliffen.
Overal heerste een zomers strandssfeertje, het is hier een 'bank holiday' maandag. Aan een toffe ‘fietsersbabbel’ met Ian hield ik een gift voor Cipriano over.
Het tweede gedeelte van de rit landinwaarts verliep grotendeels over voormalige spoorlijnen die vroeger de steenkoolmijnen bedienden. Midden jaren '80 sloot Margareth Thatcher bijna alle Britse steenkoolmijnen. Ik werkte toen 3 maanden in Glasgow en maakte enkele van de mijnwerkersprotesten, aangestuurd door toenmalig vakbondsleider Arthur Scargill, mee. De arbeiders waren erg verbitterd over het harde beleid van Thatcher en staakten en betoogden maanden aan een stuk. Er was ook een ruime solidariteitsbeweging met veel acties, maar het heeft allemaal niet mogen baten.
Sommige van die spoorpaden waren echter zo 'ruw' bestraat dat ik er met mijn bepakte fiets te voet over moest. Aan een fietspoortje moest ook al mijn bagage eraf omdat het te smal was. Voor de laatste 15 km heb ik mijn GPS dan maar op 'auto' ingesteld, of ik had nooit voor het donker in Billyjeans campsite geraakt. Een camping van de oude slag met een pittig sixties gehalte: een grote weide, geen elektriciteitsaansluitingen en maar heel rudimentaire sanitaire voorzieningen. De bezoekers waren allemaal tentkampeerders, maar niet allemaal van het rustige type: wegens de bank holiday maandag lagen er rond sommige tenten al veel lege bier- en wijnflessen, en de decibels gingen gelijk evenredig omhoog met het aantal lege flessen . Gelukkig keerde iets na tienen de rust weer, iedereen respecteerde blijkbaar het campingreglement.
26 augustus: Trimdon – Kildale (45,8 km – 306 m klim)
Wat wel nog tot een stuk na middernacht doorging waren de landbouwtractoren. De boeren draaien met het stabiele droge weer nu driedubbele shiften om hun oogst droog binnen te halen.
De eerste 10 km vandaag verliepen vlak over een goed sintelpad langs een oude spoorlijn. Het stationnetje was herbestemd als café. Daarna volgde weer zo'n ellendig single track wegeltje met dichte begroeiing, waar ik op een glad slijkstukje onderuit ben gegleden. Gelukkig landde ik op een zacht netelbed, maar ik kon wel verder met prikkende armen en benen. Een netelbad blijkt echter goed te zijn tegen reuma. Enkel mijn rechterduim heb ik een beetje verzeerd, dat was wat lastig bij het schakelen.
Om Middlesbrough door te geraken was het weer veel draaien en keren langs vrij drukke wegen, maar daarna kreeg ik uitzicht op de heuvels van het North York Moors National Park, die ik morgen op en over moet. In het park ontmoette ik Bill
Op 500 meter voor de camping ging ik een tweede keer onderuit op een weg met grote losse keien, gelukkig zonder bijkomend lichamelijk letsel. Twee totters op één dag, het was mijn dagje wel.... De slechte Britse fietspaden doen me al uitkijken naar mijn twee laatste fietsdagen in Nederland.....
Morgen hoop ik nog wat mooie landschappen te kunnen trekken. Het zicht op de zonsondergang vanuit mijn tent is alvast veelbelovend.
27 augustus: rondje North York Moors en via grote baan naar Thirsk (58 km – 623 m klim)
Vandaag zat het me niet echt mee.... Om zeker te zijn dat GoogleMaps fietsnavigatie me niet opnieuw via onfietsbare paadjes zou sturen daarboven op de Moors, legde ik het voorgestelde traject eerst voor aan de eigenaar van de camping. Die zei dat er enkele grintwegen zouden in voorkomen, maar goed befietsbaar.
De steile klim over de eerste kilometers verliep over een mooi asfaltbaantje, dan volgde er een steile duik naar een hoeve in een vallei, en daarna eindigde het asfalt en begon de miserie opnieuw over van die groffe grintwegen met veel stenen, putten en groeven, en dan nog eens steil klimmen en dalen er bovenop. Op een gegeven moment wilde GoogleMaps me links sturen over een vaag zichtbaar wildpaadje bergop en dwars door heidestruiken. Onmogelijk om daar een bepakte fiets doorheen te duwen, dus ik besliste de grintweg verder te volgen en wel te zien waar ik uitkwam. Op een gegeven moment kwam ik aan een T-kruispunt. Ik wist dat links de juiste richting was, maar volgens alle digitale kaarten die ik geladen kreeg, liep die weg een heel eind verder dood. Rechts ging het steil naar beneden, maar ik zag dat vanuit die vallei een steile asfaltweg de volgende heuvelrug opging. Een betere weg om te fietsen(duwen), dus vanaf die asfaltweg zou ik wel verder geraken.
Net toen ik aan de klim over de asfaltweg wilde beginnen, kwam ik de Nederlanders tegen die naast mij op de camping stonden. Zij waren een wandelingetje gaan maken en ik bevond me dus terug vlak bij mijn vertrekpunt. Toen ik bovenaan de asfaltweg aankwam, herkende ik inderdaad dat het daar was waar ik de steile duik naar een hoeve had genomen, waarna het ruige gedeelte begon.
Ondertussen was het al na 13 uur en een tweede poging om in de namiddaghitte een overtocht over de Moors langs een andere weg te ondernemen, zag ik niet zitten. Omdat ik morgen absoluut in Hull moet geraken, achtte ik het veiliger in de buurt van een spoorlijn te blijven, en die zijn er niet aan de andere kant van de Moors.
Enkele locals raadden me aan richting York te fietsen (80 km) en daar een trein naar Hull te nemen. Dit heb ik gedaan, en niet via de cycle route, want die liep volgens de locals weer over moeilijke en steile grintwegen. Er zat niets anders op dan een 30-tal kilometer drukke A wegen te volgen. Gelukkig lag er naast de autostrade-achtige A19 een strookje van een halve meter breed waar ik een beetje uit de weg van de voorbij razende auto's en vrachtwagens kon rijden.
Vanaf Thirsk kon ik opnieuw via kalmere wegen, nog een 50-tal kilometer tot York. Het was nog geen zes uur en ik wilde er nog een 30-tal rijden, toen de hemel gitzwart begon te kleuren. Er was inderdaad onweer voorspeld. Na Thirsk ben ik dan maar de eerste de beste camping ingeduikeld, want nog eens in een zwaar onweer verzeild geraken zag ik na deze dag niet meer zitten. En uiteindelijk duurde het tot 22 uur eer het begon te gieten.... Ondertussen maakte ik kennis met Sarah en Sandra.
Sandra, Sarah en labrador Rosie
Morgen vroeg uit de veren om de laatste 50 km tot York te fietsen, en daar is er om het uur een trein naar Hull. Dat moet lukken....
En volgend jaar schaf ik me een goede fiets-GPS aan. Geen farcen meer met GoogleMaps of met een Osmand die geen kaarten wil laden net wanneer je ze echt nodig hebt...
28 augustus: - Thirsk-York (41 km – 134 m klim) – Hull (trein – 6,2 km fiets)
Het onweer waarvoor ik vroeger dan gewenst in een camping gedoken was barstte uiteindelijk na 22 uur toch nog uit, met veel regen en enkele ferme donderslagen. De regenvlagen hielden rond zes uur gelukkig op, zodat ik droog kon ontbijten.
Om 8:30 vertrok ik voor de laatste 50 km op Engelse bodem. Toen ik mijn laatste kilometers fietste in Ierland, Schotland en de Hebriden overviel me telkens een zekere 'tristesse' omdat die (ei)landen en hun bevolking me enorm aanspraken. Hier in Engeland had ik daar geen last van, ik vind wat ik van dit land gezien heb geen aanrader voor een lange-afstandsfietser, althans niet op de routes die ik volgde. Er zijn natuurlijk prachtige dorpen, stadjes, kusten en natuurgebieden, maar ook veel drukke stedelijke gebieden waar je kilometerslang doorheen moet. En de fietsroutes zijn hier hun naam niet altijd waardig. 'Wij kunnen het beter alleen' Brexitland zou wat dit betreft bij veel EU landen zijn licht wel eens mogen opsteken. Het Sustrans cycling route netwerk werkt met vrijwilligers die enorm hun best doen om zo autovrij mogelijke routes uit te stippelen, maar ik vraag me af in welke mate ze overheidssteun krijgen en of de overheid sowieso investeert in degelijke fietspaden.... De slijkweggetjes waar je soms langs moet suggereren van niet.
Om mijn laatste fietsdag in Britse stijl af te sluiten, reed ik nog eens anderhalf uur in de regen. De zomer was kort in GB dit jaar. Iets voor 12 uur was ik in York, zodat ik op mijn 1.000 gemakjes de trein van 12:50 op kon.
De laatste 5 km naar de ferryterminal regende het ook, maar vanavond wacht me een luxueuze nacht in een privé cabine met badkamer en een uitgebreid dinerbuffet. Dat is welgekomen na meer dan drie maanden simpele eenpansgerechtjes. Geen wifi op de boot, morgenvroeg tekst en foto's opladen in Nederland.
29 augustus: Europoort ferry terminal-Schijf (81 km – 107 m klim)
Om 9:30 was ik door de grenscontrole en kon mijn tocht over de heerlijke Nederlandse fietspaden beginnen. Hoe ontspannend is het om hier te fietsen, zonder voorbijrazend verkeer. De enige mogelijke pretbedervers zijn wind en regen, maar vandaag was het slechts de wind die wat tegenwerkte.
De 80 km naar Schijf, waar Els me met Bik zou tegemoet komen, gingen er vlotjes door, tegen 16 uur was ik op camping Schijvenaar.
En zelfs in Nederland heb ik onverwachts toch nog even vrij zwaar moeten fietsduwen, over een stijl voetgangersbruggetje, met onderaan enkele trappen, over een autostrade.
Morgen de laatste rit naar Antwerpen. Het is voorbij gevlogen....
30 augustus: Schijf - St.-Antonius Zoersel - Antwerpen
Zoals vorig jaar een mooi versierde deur en een heel hartelijk ontvangstcomité bestaande uit mijn drie lieve buurvrouwen.