Dit stuk van de fietstocht begint met drie redelijk problematische etappes met hindernissen.
Dinsdag 11 okt: Barcelona - Gavà (36,1km - 160D+)
Barcelona uitrijden ging vlotjes over de knappe fietspaden die Burgemeester Ada Colau liet aanleggen. Ik passeerde de Arena en de imposante Plaza de España, plaatsen waar ik nog nooit eerder geweest was. Daarna fietste ik langs de wijk Hospitalet, waar ik in 1977 verbleef bij de ouders van een vriendin van mijn zus. Dat was in zo’n typische Spaanse straat met oude appartementsgebouwen van vier of vijf hoog met smeedijzeren balkonnetjes. Nu zag ik enkel hoogbouw met moderne kantoorgebouwen en businesshotels. Deze wijk is de laatste 40 jaar blijkbaar het businesscentrum van Barcelona geworden.
Eens Hospitalet voorbij bereikte ik in de vallei van de Llobregat. Volgens GoogleMaps was er een via verde door het alluviale landbouwgebied in de vallei en dan een pad langs de kust tot Camping 3 Estrellas. Komoot stuurde me in tegenwijzerzin rond de luchthaven, die grenst aan de camping . De groene GoogleMaps route lonkte het meest, die werd het.
Inderdaad een prachtige route over een sintelpad en brede fietspaden die druk befietst werden. Vrijwel geen autoverkeer. Op een viertal kilometer voor de camping begreep ik waarom er geen auto's waren: De weg liep dood op het mulle zandstrand. De zogezegde route die GoogleMaps aangaf was onbestaande. Door het mulle zand ploeteren met een beladen fiets is een onbegonnen zaak. Bovendien liep er vlak naast de camping nog een riviertje dat moest overgestoken worden. Jammer, zo dicht bij de bestemming. Nu moest ik helemaal terug in tegenwijzerzin rond de uitgestrekte luchthaven, een omweg van zo maar eventjes 15 km. Wel helemaal over mooie fietspaden, dat was een meevaller. Ik had naar Komoot moeten luisteren, maar hoe kun je controleren of fietspaden al dan niet bestaan? Komoot heeft me ook al langs onbefietsbare wegen gestuurd.
Dat was nog niet het einde van de (betrekkelijke) miserie. Toen ik bijna bij Camping 3 Estrellas was, kwam ik drie bepakte fietsers tegen. Zij zeiden me dat de Komootroute fout was omdat ze hen op een autostrade wilde sturen. Ze bleken een alternatieve route te kennen. Ja wadde! (Wat was me dat!?) Op 300 meter van de camping liep de weg dood. Het enige wat we konden doen was een heel smal paadje volgen aan de buitenkant van de vangrail van die hoofdweg, met aan de linkerkant een steile talud. Heel moeilijk met een dikke fiets. Het lukte, tot we voor het riviertje dat naast de camping liep stonden. Er was geen richel meer naast de autoweg, er zat niets anders op dan de fietsen over de vangrail te tillen en de laatste 100 meter in tegenrichting over de vluchtstrook te fietsen. Omdat veel handen het werk lichter maken, lukte dit zonder de bagage van onze fietsen te verwijderen. De Komootroute had het opnieuw bij het rechte eind, de drie fietsers wisten alleen niet dat je hier mag fietsen op nationale wegen, die er dikwijls als autostrades uitzien met een dubbel rijvak in elke richting en vangrails aan de buitenkant en op de middenberm. Ze hebben meestal een brede pechstrook die fietsers vrij veilig kunnen volgen. Kleinere B-wegen hebben niet altijd een pechstrook en zijn soms even druk, maar dat zou ik pas twee dagen later ondervinden.
Het voordeel van met zijn vieren aan de camping te arriveren is dat we nu een stelplaats konden delen, wat de prijs per persoon gevoelig drukte. Kustcampings zijn duur in Spanje.
Donderdag 13 okt: Gavà - Martorell (30,6km - 280D+)
Van Gava naar Martorell: Ik zou heel de tijd in de vallei van de Llobregat fietsen, met niet al te veel hoogtemeters. De route op Komoot zag er 'groen' uit met af en toe een dorp. Ik verwachtte me aan een traject naast de rivier zoals de vorige rit. Martorell was de eerste grotere stad.
Groen? Verre van! De vallei was volgepropt met fabrieken. Gedurende 35 km leek het alsof ik over de Boomse Steenweg reed (drukke weg in mijn thuisstad Antwerpen), langs een drukke weg maar wel meestal met een vluchtstrook. Vrij veilig, maar niet erg inspirerend en heel ongezond, al die uitlaatgassen.
In Martorell had ik het wel gehad. Een postbode gaf me het adres van een goedkoop pensionnetje waar ze nog een eenpersoonskamer (25 euro) vrij hadden. Een klein hok, maar wel -- dat ontbreekt nooit in Spanje, zelfs niet in de simpelste hostal -- met een televisie. Die ik nooit opzet…
Omdat het nog vrij vroeg was, had ik tijd om een kapper te zoeken. Twee vrouwelijke kapsters hadden het te druk, ik kon er ten vroegste vanaf zaterdag terecht. Naast de tweede was een multiseks kapsalon met een mannelijke kapper. Die arme man zat met zijn vingers te draaien en was heel blij dat hij mijn koppie onder handen mocht nemen. We hadden bovendien een toffe babbel. En dit alles voor slechts 11,50€.
Vrijdag 14 okt: Martorell - Vilafranca del Penedès (36,69km - 570D+).
Na Martorell zou ik een kleinere B-weg volgen richting Lérida die de heuvels introk. Dat zou eindelijk een rustiger traject worden. Ja wadde! Het was inderdaad een kleinere weg met slechts één smalle rijstrook in elke richting. Zonder vluchtstrook, zelfs niet het minste 'moordstrookje' voor fietsers. Wel meestal met een vangrail. Er zat dus niets anders op dan op de rijweg te rijden. In de twee richtingen was er heel veel (vracht)verkeer, dus mijn achterliggers konden me niet voorbijsteken. Bovendien was het heel de tijd bergop, dus ik avanceerde aan een slakkengangetje van misschien 8km/uur. Dat vond ik heel gênant en telkens wanneer er naast de baan een uitwijkmogelijkheid was, ging ik aan de kant staan om de achter mij geaccumuleerde file door te laten. Daar stond ik dan wel een minuut of vijf te wachten, genietend van de uitlaatdampen... Dat deed ik een drietal keer, ik werd er wanhopig van.
Bij de eerste zijweg in de juiste richting sloeg ik af en begon een alternatieve route te bestuderen. Volgens ik kon zien zou de route Lérida - Zaragoza die ik wilde volgen heel de tijd een koekje van hetzelfde deeg zijn. Flexibiliteit is, zo zegt men, een goede eigenschap, ik besliste het roer om te gooien en terug naar de kust te fietsen en daar de Eurovelo 8 te volgen naar het zuiden. Ik vond de kust nogal druk, maar erger dan dit kan het niet worden. Vanaf die afslag zat ik terug op een landelijk weggetje tussen de wijngaarden. Zwaar op en af, sommige stukjes fietsduwen, maar ik hoorde terug vogeltjes fluiten en rook bloemen en pijnbomen. En machtige panorama’s. Daar wil een fietser wel wat voor afzien.
Morgen zit ik terug aan de Middellandse Zee, en wie weet lukt het nog eens om te gaan zwemmen. Voorlopig is het hier overdag nog zwemweer.
Zaterdag 15 okt: Vilafranca - Tarragona (54,6km - 400D+)
Geen spectaculaire route vandaag. Veel over de vluchtstrook van N-wegen gefietst, een mooi rustig stukje door wijngaarden en vanaf El Vendrell parallel naast de kust. In Vendrell vond een drukke feestmarkt plaats.
Toen ik een jaar of 18 was bracht ik een week in Roda de Bara door op uitnodiging van wijlen Hugo en Diane Blijenberg. Het was me een omweg waard om daar nog eens te gaan kijken hoe het er na 44 jaar veranderd is. Voor de rots van Bara met de restaurantjes lag nu een grote jachthaven met veel parkeergelegenheid en beton. Het pittoreske straatje met dennen om terug naar het appartement van de Bleijenbergs te wandelen was verdwenen. Er was ook veel meer bebouwing bijgekomen, maar de sfeer was al bij al nog relaxed en rustig.
Een tiental kilometers voor Tarragona wilde Komoot me via een steile keienweg sturen om de grote baan te vermijden. Ik wil geen zotte Komoottoeren uithalen. Er was weinig verkeer op die baan en ik heb die gewoon verder gevolgd. Eerder op de dag had Komoot me ook al via een modderbeek proberen te sturen. Te gek.
In Tarragona vond in het oude stadsgedeelte een Middeleeuwse markt plaats. Het was er over de koppen lopen. Op elk pleintje en in de smalle straatjes zaten alle terrassen bomvol. Hoeveel uren/ dagen Spanjaarden op een terras doorbrengen weet ik niet, maar in alle steden/dorpen is er overal veel gezelligheid op terrasjes. In ieder dorp is er minstens ook een bar met terras. Het sociale leven floreert hier nog.
Zondag 16 okt: Tarragona - L'Ametlla de Mar (59 km - 440 D+)
Voordat ik in Tarragona vertrok wandelde ik met de fiets aan de hand naar het ‘balkon van de Middellandse Zee’ en het Romeinse amfitheater.
Om van Tarragona naar Salou te fietsen, de eerste etappe van mijn traject vandaag, gaven Komoot en GMaps verschillende wegen aan. Komoot maakte een omweg via de N340, GMaps sneed wat af via een weg die kleiner leek. De betere optie, zo leek het.
In het centrum zag ik een agent en gezien mijn ervaring met kleinere maar heel drukke wegen besloot ik eerst even raad te vragen. Het werd inderdaad de langere Komoot route via de N340, die een brede strook voor fietsers heeft.
Het verkeer viel mee, misschien omdat het zondag was.
In Salou ontmoette ik Victor en zijn gezin. Hij fietst ook en ik vroeg hem advies over de beste wegen naar het zuiden. Hij zei dat na Cambrills de kustwegen veel rustiger zouden worden omdat daar de lange zandstranden eindigen.
De 10km tussen Salou en Cambrils fietste ik op een fietspad naast het strand, onder de palmbomen. Links de zee en rechts vakantiebebouwingen. Weinig echte natuur, maar er heerste wel een fijn vakantiegevoel. Doordat er veel families met kindjes aan 't fietsen waren, vorderde ik heel traag. Het fietspad was wat te smal om hen met mijn breed gevaarte voorbij te steken.
De weg was heel de tijd volledig vlak en vrijwel geen wind, tot 15 km voor L'Ametlla. Daar wachtte me plots een pas van 150 meter. Het ene ogenblik fiets je naast de zee, een kwartier later zit je in een berglandschap. Toffe afwisseling, maar zwaar aan het einde van een rit.
Op Camping Nautic heb ik een fijn plekje dicht bij de zee. Heerlijk, in slaap vallen met de golfslag op de achtergrond.
Dinsdag 18 okt: L'ametlla de Mar - Les Cases d'Alcanar (56,9km - 420D+)
Vandaag vrijwel heel de rit over heel rustige, landelijke wegen. Eerst een hele poos naast het spoor met mooie uitzichten over de rotskusten. Op een gegeven moment stuurde Komoot me over een single track die zelfs met een mountainbike moeilijk zou zijn. Ik schakelde over naar GMaps en volgde een asfaltbaantje met een stevige in klim van 60 hoogtemeters, gevolgd door een duikvlucht van 15% die uitliep op een tunnel die uitliep… pal op een keienstrand. Daar zag ik de MTB singletrack uitkomen die Komoot wilde volgen. Dat had ik niet overleefd, een geitenpaadje langs de steile rotsen. Totaal onverantwoord om daar een gepakte tourfietser over te sturen.
En dan wachtte me een asfaltbaantje dat van het strand terug naar de spoorweg klom, maar zóooo steil. Ik begon maar meteen te duwen want fietsend raakte ik daar onmogelijk op. Zelfs duwen was eigenlijk te zwaar. Wanner ik even stopte om te rusten, schoof de fiets met remmen opgespannen achteruit. Ik moest me haaks tegen het stuur zetten om hem tegen te houden. Gelukkig draag ik trailschoenen met veel grip, anders was ik misschien mee achteruit beginnen schuiven. Dat was vandaag gelukkig het eerste en laatste obstakel.
Na L'Ampoll maakte ik een omweg door natuurpark Delta del Ebro. Dat is weids, zo vlak als een biljartlaken en vrij (tegen)winderig.
Met 320 km² is het het grootste drasland (wetland) in het westerse Middellandse Zeegebied. Het staat permanent onder water en er wordt jaarlijks 45.000 ton rijst geteeld. Deze grote uitstulping in de zee werd op vrij korte tijd gevormd. In de vierde eeuw was Amposta nog een zeehaven, nu ligt het stadje 27 km verwijderd van de monding van de Ebro.
De Delta del Ebro is een vogelparadijs. Ik zag aalscholvers, grijze en witte reigers, ooievaars, een grote roofvogel en zwarte waadvogels met een gekromde bek. Flamingo’s zouden er ook zitten, maar die heb ik niet gezien. Jammer dat die vogels zonder een goede telelens niet te fotograferen zijn.
Eindelijk passeerde ik ook eens een makkelijk bereikbare vijgenboom die nog vol vruchten hing. Veel vijgen hingen opengebarsten aan de boom. Ik deed me er ter plaatse te goed aan en nam ook nog een stevig voorraadje mee voor de komende dagen. Zo lekker.
De laatste kilometers legde ik af naast de rustige N340. Dat is de route van Cadiz naar Barcelona. Een lange straat.
Op Camping Les Cases sta ik opnieuw vlak achter een rotsstrandje, maar nu zonder autostradegeluiden op de achtergrond. Er is enkel de golfslag en de knallen van brekende golven tegen de rotsen.
Woensdag 19 okt: Alcanar - Peñíscola (28,3 km - 170 D+)
Vandaag plande ik een korte rit om in de namiddag tijd te hebben om nog eens in zee te gaan zwemmen en daarna een kort bezoek te brengen aan het historische vestingstadje Peñíscola.
Het begon al te schemeren toen ik in Peñíscola aankwam. Het was drukkend warm en de lucht zag er heel dreigend uit, alsof er een mega onweer zou losbarsten. Ik hield het kort, klom tot het kasteel en wandelde door enkele straatjes. De versterkte inkompoort door de dikke vestingmuur leek meer op een tunnel dan op een poort. Uiteindelijk brak er geen onweer los. En zodra het donker is zie je niet meer of de lucht nog dreigend is. Gewoon afwachten...
Donderdag 20 okt: Peñiscola - Alcocebre (17,5 km - 220D+)
Slechts 17 km vandaag, maar wat voor kilometers! Heel de tijd door het Parc natural de la Serra d'Irta, met links ruwe rotskusten en rechts de heuvelketen. De Eurovelo8 volgt deze route, ze zou dus voor iedere gemiddelde fietser haalbaar moeten zijn, maar voor mijn arme gele tweedehandskar was de weg hoogst ongeschikt.
Er was in het begin één onmenselijk steile heuvel op losse keien waarop ik de fiets helemaal heb moeten duwen; daarna waren de hellingen fietsbaar, maar op de te ruwe stukken met veel losse keien wandelde ik naast de fiets omdat het slip- en valgevaar te groot was. Het middelste gedeelte van de route was gelukkig vlak en redelijk goed berijdbaar, zij het in de drie kleinste vitesjes (versnellingen). Het ging dus traag.
Tegen het einde kwam ik een jong Nederlands koppel tegen op mountainbikes die op een camping wat verderop stonden. Dat sprak me wel aan, op deze weg zou dat geen megadrukke kustcamping zijn vlak naast een drukke baan.
En dat bleek te kloppen. Camping Ribamar is een oase van rust, maar wel van een hogere prijscategorie (20€). En in het hoogseizoen zelfs 50€.
Schuin tegenover mij staan Kees en Anne, een Nederlands koppel dat hier 8 maanden per jaar verblijft: alle maanden buiten het hoogseizoen. Dan kost een standplaats maar 11€/dag. En met Kerstmis kun je hier nog buiten zitten....
Kees vertelde me dat hier twee weken geleden een meisje van 20 passeerde dat op weg was van Lyon naar Lissabon op een….. skateboard!!! Met een grote rugzak. De weg van Peñiscola tot hier had ze natuurlijk helemaal moeten wandelen. Wat een onderneming! Op een skateboard, te gek…. Het jammere van dat vervoermiddel is dat je je steeds in het verkeer moet begeven. Met een rugzak zou ik het precies liever te voet doen, over mooie GR paden.
Om vijf uur was het nog warm genoeg om in zee te gaan zwemmen . Camping Ribamar heeft ook een luxueus zwembad, maar zo lang het in zee kan…. Op het kleine strandje in een baai was het heerlijk toeven om op te drogen, maar een klein regenbuitje deed me opstappen. Het stabiele goede weer met staalblauwe hemels is blijkbaar voorbij. Vandaag kwam de zon er niet aan te pas en af en toe druppelt het wat. Maar het is nog steeds T-shirt weer.
Vrijdag 21 okt: Alcossebre- Benicassim (40 km - 270D+)
Rustige rit zonder obstakels. Alleen de strakke zuidenwind verzwaarde de rit enigszins.
De eerst 2 km moest ik nog verder over de groffe keienweg, daarna een eind naast de kust langs een strook die veel rustiger is dan ik al gewend geworden was, en dan een lange rit door en rond het Parc Natural del Prat de Cabanès-Torreblanca. Allemaal over een een goed wegdek.
Vlak voor het natuurgebied bevond zich vlak aan de kust een historisch gebouw, El Tunnel. Er is nu een cafetaria in gevestigd met een magnifiek uitzicht over de zee. Vroeger was het een opslagplaats waar boten aanmeerden en hun waren losten. Het werden de jaren 1970 volledig gerestaureerd.
Het was al half twee en omdat ik bijna door mijn voedselvoorraad zat stapte ik er binnen. Een wijze beslissing, want in het natuurgebied was het heel desolaat en verlaten. Er was nauwelijks verkeer en het fietsen was genieten. Eerst ging het door een weidse zee van wuivende rietstengels die de tegenwind een beetje temperden, af en toe doorsneden met een kanaaltje waarlangs olijfbomen groeiden. Daarna volgde een agrarisch gebied met voornamelijk olijf- en citrusboomgaarden en dadelpalmen.
Op een gegeven moment zag ik een rare boom die ik nog nooit gezien had, met stijve smalle langwerpige bladen die omhoog wezen (zie foto).
Daarna kwam ik in een gans andere wereld terecht. Vanaf Torre la Sal fietste ik kilometers aan een stuk langs megagrote appartementsgebouwen, 10- tot 12-hoog en drie rijen achter elkaar. Ik wist dat de Spaanse kust volgebouwd is, maar zó vol! Duizenden appartementen, nu allemaal met de luiken toe. Ook de horeca is logischerwijs grotendeels dicht. Spookurbanisaties buiten het seizoen.
Vanaf Oropesa kon ik godzijdank over een via verde van een vijftal kilometer die de uitlopers van de heuvels doorkliefde tot aan Benicassim. De rijweg, die een 50-tal meter landinwaarts liep, moest steil klimmen en dalen. Ik mocht mijn twee handen kussen dat ik daar de laatste vijf kilometer van deze tegenwindse rit niet meer over moest.
Zaterdag 22 okt: Benicassim - Nules (41.4 km - 270D+)
Rustig fietsdagje vandaag, zonder hoogtepunten. Een beetje rugwind, dus ik kon een tot twee versnellingen zwaarder trappen. Eerst naast zandstranden, zoals steeds links zee, rechts urbanisaties en een megagrote camperplaats, de ene vlak naast de andere.
Bij Castellón de la Plana moest ik een heel eind landinwaarts om rond de haven te geraken. Een heel landelijke en rustige weg met veel citrusgaarden bleek een ‘tippelbaan’ te zijn. Op ongeveer 5 kilometer kwam ik niet minder dan drie zwaar geschminkte, heel schaars geklede wulpse jonge vrouwen tegen, wachtend op een stoeltje onder een parasol. Wie verwacht dat nu op zo’n weg?! Autoseks tussen de mandarijntjes.
In het badstadje Nules werd een affiche-actie gevoerd voor de aanleg van golfbrekers. Bij zwaar weer slaan de golven dikwijls tot in de stad. Merkwaardig hier was dat de eerste rij vlak tegen het strand niet voorbehouden was voor luxueuze appartementsgebouwen. Vlak tegen het strand stonden oude huisjes met koertjes die uitkwamen op het strand. Die hebben blijkbaar de bouwlust van projectontwikkelaars kunnen tegenhouden. De appartementsgebouwen stonden op de tweede rij. Misschien gebruiken zij de eerstelijnshuisjes als golfbrekers bij zwaar weer…
Vlak voorbij Nules passeerde ik een simpele strandcamping die ver verwijderd lag van drukke wegen. Voor een nacht zonder autogeluiden teken ik. Geen zwembad, zelfs geen warm water in het sanitair, maar wanneer je net uit de zee komt kun je ook zonder probleem koud douchen. Eén heikel puntje: om van het keienstrand op mijn blote voeten in zee te geraken heb ik veel pijn moeten verbijten. Ik kan op blote voeten niet over een harde en ongelijke ondergrond lopen.
En nu een stille nacht in zonder oorstopjes, althans indien de Spanjaarden op deze camping niet te laat blijven doorfeesten. Er verjaart iemand, en het is weekend….
Zondag 23 okt: Nules - Valencia (54,1 km - 300D+)
Geen zee vandaag. Komoot stuurde me heel de rit via landelijke wegeltjes in het binnenland. Deze keer heb ik geen tippelaarsters gezien, maar wel twee vossen. Ook mooi.
Tonnen en tonnen mandarijntjes en appelsienen ben ik gepasseerd. Binnenkort liggen die misschien te blinken in Belgische supermarkten.
Op een gegeven moment liep een irrigatiekanaal een dertigtal meter over de rijweg. Ik fietste behoedzaam door het stromende water, want ik voelde dat het wegdek eronder spekglad was.
Op die plek zag ik ook iets merkwaardigs: het water dat over de rijweg stroomde kwam terecht in een kanaaltje dat enkele tientallen meters verder onder een dwarsweg stroomde. Vlak onder het wegdek van die dwarsweg was een opening waaruit een dikke geut water gulpte. Ik wandelde tot daar en zag nergens een aanvoerkanaal op die hoogte dat die geut kon voeden??! Wie lost dit raadsel op (zie foto)?
De kerken en zelfs de begraafplaatsen die ik hier onderweg tegenkom zijn altijd op slot. Dat vind ik jammer, want in Frankrijk genoot ik van die koele stille bezinningspauzes tijdens het fietsen.
In Les Valls was het Tanatorio (uitvaartcentrum) wel open. Van buiten had ik al gezien dat het speciale glasramen had, zeker de moeite waard om even binnen te gaan kijken.
Onderweg kwam ik nog een prachtexemplaar van de aurocaria heterophylla (Els van Vlimmeren) tegen die ik deze keer van dichtbij kon fotograferen.
De laatste 10 km tot Valencia vielen me plots heel zwaar, zodanig zelfs dat ik vijf kilometer voor de stad nog even moest rusten op een bank in een parkje. Misschien lag het aan de lichte wind die ik heel de rit tegen had, maar ik heb al tegen zwaardere wind in gefietst. Of anders omdat ik al zes dagen na elkaar aan het fietsen ben. Mijn lichaam heeft blijkbaar meer recuperatie nodig dan vroeger.
Ik blijf nu vier nachten/drie dagen in Valencia, lang genoeg om eens goed bij te slapen in een echt bed.
China verwoest de Tibetaanse cultuur en traditie in Tibet. Die kan enkel overleven via Tibetaanse kloosters in het buitenland. Ik fiets voor het Tashi
Lhunpo klooster in Bylakuppe, India. Help de Tibetanen in ballingschap hun bedreigde cultuur te bewaren met een gift via de donatiepagina https://www.reachoutforacause.org/ik-help of via een gewone bankoverschrijving op rek nr BE63 8918 7405 7108 van Reach Out vzw met vermelding 'Tibet'
Dank - Thuk ye she
Alle #cyclingfortibet etappes tot vandaag: https://www.komoot.nl/.../-cycling-for-tibet-summer-2022
#cyclingforTibet #KeepTibetCultureAlive #reachoutforTibet #humanrightsforall #SaveTibet #FreeTibet
Klik op een van onderstaande links voor meer info:
International Campaign for Tibet Europe - Freedom for Tibet - Campaign for Tibet - International Campaign for Tibet Deutschland e.V. - Lights on Tibet - TibetNews - Free Tibet - Tibetan Community in Belgium - Reach Out for a Cause