Fietstocht 2022: Bourges - Brives-la-Gaillarde

De heuvels worden stilaan bergen: minder kilometers wegens meer hoogtemeters en langere klimpartijen.

Maandag 29 aug: Bourges - Néret (67,1 km - 620 altimeters)

Vandaag stond er een kleine 70 km op het menu, de eerste 30 licht golvend en dus snel, de laatste 40 met meer klimwerk.

Tot Chateauneuf-sur-Cher ging het dus vrij vlotjes.Maar goed ook, want het landschap was eentonig: uitgestrekte zonovergoten-zonverschroeide velden en nog eens velden, vrijwel zonder bomen noch schaduw. De temperatuur was toen gelukkig nog te doen. Chateauneuf heeft een mooi basiliekje, maar het was gesloten.

Dat was het laatste middelgrote stadje voordat ik het Franse platteland indook. De laatste gelegenheid om te foerageren voor vanavond. Het extra voedselgewicht moest mee de heuvels over getrapt worden, hoera.

Vanaf Chateauneuf verliep het traject over eenbaanswegen met het bijhorende zwaardere klimwerk, maar ik moest gelukkig de fiets nooit duwen. Wel waren er lange strekken waar ik maar aan 6 km/uur vooruit sukkelde,wat mijn gemiddelde snelheid erg verlaagde.

Image
kerkje

In Ineuil, een klein dorpje met in de buurt overblijfselen van een Romeinse kamp, lunchte ik op een bank achter het simpele, 11-13de-eeuwse kerkje. Ik ging er ook een half uurtje horizontaal, want het zwaarste gedeelte van mijn etappe moest nog komen.

In de namiddag begon ik wel wat last van de hitte te krijgen (33 graden). Het parcours was nu wel veel gevarieerder met meer bochtenwerk, maar er waren nog steeds weinig bomen. En na uren in de volle zon was mijn voorraad drinkwater warm. Daar word je op den duur wat mottig van.

Tegen het einde stuurde Komoot me ook nog langs enkele grove grindwegen waar ik met mijn arme tweedehands fietsje niet over durfde te fietsen. Ik wandelde in totaal een tweetal kilometer, maar eigenlijk doet dat ter afwisseling wel eens goed. Het waren gelukkig geen steile stukken zodat het fietsduwen niet zwaar was.

Voorbij Touchay daalde ik af tot de bedding van het Arnon riviertje. Bleek dat de rijweg daar dwars door de rivier loopt. Een voetgangersbruggetje bespaarde me natte voeten.

Vlak voor camping Le Bonhomme passeerde ik een weide met koeien in het gezelschap van vrij veel spierwitte, ranke vogels. Dezelfde vogels, meen ik me te herinneren, als die in Indië in symbiose leven met waterbuffels. Wie weet hoe die heten?

Camping Le Bonhomme in Néret wordt uitgebaat door Jan en Jacqueline Broekmaat. Jullie horen het al, een Nederlands koppel. Ik heb al veel in Nederland gekampeerd. Na de Franse municipals met afbladderende muren en in het sanitair spinnenwebben alom was het precies thuiskomen, in die typisch Hollandse netheid en gezelligheid, met een zacht muziekje in het sanitair en 's avonds discrete kaarslantaarntjes op het kampeerterrein. Een camping vol grijzende Nederlanders, ze weten elkaar te vinden. Toen ik arriveerde waren ze nog bezig aan hun gezamenlijke namiddagborrel vanaf vijf uur. Bij aankomst kreeg ik van Jacqueline een frisse ijsthee aangeboden, hemels lekker na al het warme kraanwater.

Kortom, een rustige, gezellige camping en -- eindelijk -- een goede wifi. Hier blijf ik even hangen. De dichtste voedingswinkel ligt hier 12 km vandaan, wanneer mijn eten op is moet ik verder.

Je kunt mijn lange fietstocht voor het Tashi Lhunpo klooster in Bylakuppe, Indië steunen via https://www.reachoutforacause.org/ik-help of via een gewone bankoverschrijving op rek nr BE63 8918 7405 7108 van Reach Out vzw met vermelding 'Tibet'

Tx- Thuk ye she

 

Woensdag 31 aug: Néret - Guéret (65, 2 km - 1010 altimeters)

Een tocht van 62 km met 900 hoogtemeters gaf de Komoot trajectplanning aan voor vandaag. Vrij zwaar wegens die hoogteverschillen. En het werden er uiteindelijk 1010.

De camping ligt aan een meer een eindje voorbij de stad. Ik wist dat de laatste 8 km tot Guéret nog fel gingen stijgen, maar eens het centrum voorbij verwachtte ik een afdaling tot aan het meer. Dat was opnieuw een misrekening: Het bleef maar stijgen tot aan de poort van de camping. De vijver lag blijkbaar boven de stad…

Die laatste, onverwachte klimkilometers waren er ineens te veel aan, ze zogen de laatste energie en kracht uit mijn lijf. Zo zie je maar hoe niet ingeloste verwachtingen je plots de benen afsnijden. Als ik die klim van tevoren had ingecalculeerd, had hij niet zo zwaar aangevoeld, daar ben ik van overtuigd. Soite, ik ben er geraakt, maar ben wel eerst even ‘gecrasht’ (gaan liggen) voordat ik de tent ging opstellen en aan het avondeten beginnen.

De rit op zich was overigens prachtig. Vrijwel heel de route verliep over eenbaansweggetjes.

Image
tati

In Saint-Sévère-sur-Indre was het markt. Naast het marktplein bevindt zich het ‘Maison de jour de fête’ museum, over de eerste burleske langspeelfilm van Jacques Tati. De inkom van het museum is het zorgvuldig nagebouwde postkantoor van François le facteur. Tijdens de oorlog verbleef Tati in dit dorp en in 1947 schoot hij er zijn eerste prent. Het museum vertelt het verhaal van die soms hilarische opnames. De presentatie duurt een uur. Omdat ik wist dat me nog een zware rit wachtte en ik voor zeven uur op de camping moest aanmelden, durfde ik die tijd niet te nemen. Jammer, want het leek me de moeite. Het knusse museumpje straalde een toffe nostalgische jaren ‘50 sfeer uit.

Na een lange en zware klim daalde ik af tot het dorpje Jouillat, dat een middeleeuwse burcht en een kerkje uit de 11-12de eeuw rijk is. Het kerkje stond open. Heerlijk koel om even uit te blazen na dit vermoeiende deel van de rit.

Het laatste mooie dorpje voor Guéret was Glenic. Daar was ook een heel speciaal vestingkerkje uit de 11-12de eeuw: Église de la Nativité-de-la-Vierge. Het werd bovenop een oude Gallo-Romeinse tempel gebouwd en sommige elementen, zoals een epitaaf en een aantal grafstenen en granietblokken, zitten nog in de architectuur verwerkt. De inscriptie op de epitaaf is van de hand van een Romein die een grafmonument liet bouwen voor zijn echtgenote, vader, dochter en hemzelf. Een voorzienige man.

 

Donderdag 1 sept: Guéret – Banize (38,1 km – 460 altimeters)

Na de ‘fysieke crash’ van gisteravond ten gevolge van het vele en steile klimmen, plande ik mijn traject vandaag in functie van het aantal hoogtemeters: niet meer dan 500! Dat was een wijze beslissing, want mijn beenspieren waren duidelijk nog niet volledig gerecupereerd. De spierverzuring bij inspanning trad sneller op dan normaal. Vanaf hier zal ik bij de routeplanning het aantal hoogtemeters als eerste criterium nemen, voor het aantal kilometers.

In Banize is een jeugdherberg waar ik voor 15 euro/nacht terecht kan en morgen wordt hier een 80% regendag met onweders voorspeld, dus dat wordt een comfortabel dagje rust ‘onder dak’.

De verantwoordelijke van de jeugdherberg had me verwittigd dat hier geen ‘commerces’ meer waren en dat ik onderweg voor proviand moest zorgen. Volgens GoogleMaps was er geen enkele voedingswinkel op de bijna 40 km van Guéret tot Banize, dus ik moest terug afdalen naar het stadscentrum om voor 2 dagen eten in te slaan. Achteraf bleek dit inderdaad te kloppen: geen enkele winkel of café/restaurant op heel die route. De dichtste Proxy hier is in Royère, 15 km voorbij Banize. Daar moet ik zaterdag dan eerst langs om te vermijden zonder proviand te vallen…

Image
1 sept_landschap

Eens de lange klim uit Guéret achter de rug, bevond ik me in een prachtig landschap, maar best zwaar heuvelachtig – je mag hier al van bergen spreken want ze gaan tot boven de 700 meter – maar de vergezichten compenseerden de klimpijntjes ruim.

Café’s ter verkoeling vind je hier dus niet, maar de meeste dorpskerkjes staan wel open. Na een tweetal uurtjes zwoegen kon ik heerlijk rusten en verkoelen in het kerkje van Maisonisses, daterend van de 12-13de eeuw. In die periode werden in deze contreien blijkbaar veel kerkjes gebouwd. Er zou hier ook een Tempelierscommanderie geweest zijn die opgericht werd door ‘Hospitaliers’ van de orde van Johannes de Doper. Die waren tegelijk monnik, verpleger en soldaat. In de kerk was ook een sarcofaag van een tempelier. De kerk werd op een crypte gebouwd die aan Johannes de Doper gewijd is, en die ook langs buiten (zuidkant kerk) te betreden is. Tof dat je dit allemaal onbewaakt mag betreden. Hier vertrouwt men de medemens nog.

Toen ik even uitblies op het pleintje van Saint-Georges-la-Pouge was het dorpsschooltje net uit en stonden enkele ouders druk te praten met het drietal leerkrachten dat de school rijk is over de eerste schooldag van hun telgen

Het viel mij op dat het landschap hier plots terug veel groener is en de bomen nog niet in ‘herfstmodus’ beginnen te komen. Op camping Le Bonhomme, nauwelijks 100 km hier vandaan, zaten er nog droogtebarsten in het kampeerterrein en zagen de weilanden er rossig uit. Ofwel valt hier in natuurgebied Millevaches en Limousin meer regen, ofwel houdt de bodem het vocht beter vast. Wie zal het me zeggen?

 

2-3 september:

rustdag Banize en rit naar Tarnac (40,7 km - 710 altimeters)

De rustdag in de comfortabele jeugdherberg van Banize deed me goed. Bovendien was ik er de hele dag alleen, geen drukte om het hoofd. De WiFi was goed en ik heb goed kunnen bijwerken. En ik ontsnapte aan vier heftige buien met hagel. Duiveltjeskermis.

Toen ik terugkeerde van een avondwandelingetje was er een koppel gearriveerd. Tachtigplussers op weg van Bretagne naar de Cévenne voor een weekje vakantie. Zonder smartphone of GPS, maar met de goede oude Michelinkaarten. Een kranig koppel, mooi om zo samen oud te mogen worden. Met al hun ouderdomskwaaltjes moesten ze eens goed lachen. Wat hou ik daarvan!

Ze hadden verschillende koelboxen met voorraad bij en trakteerden me op een glaasje kir. Dat smaakte na een hele dag thee of kraanwater.

Image
baantjes

Zaterdag moest ik eerst langs La Royère-en-Vassivière passeren om eten in te slaan. De winkel sluit tussen 12:30-15:30, dus ik moest er rond de middag arriveren. Op Komoot zag ik dat het vrijwel heel de tijd bergop zou zijn via van die kleine, steile, landelijke baantjes. Ik ging qua beenspierverzuring weer enkele keren in het rood en één keertje kon ik niet anders meer dan mijn fiets gewoon duwen. Niet tof.

Toen ik op een gegeven moment de D7 naar Royère moest kruisen, besliste ik die te blijven volgen. De hellingspercentages op de iets grotere D-wegen kan ik aan, daar hoef ik mijn benen nooit in het rood te jagen. En over 10 km kwam ik geen 10 auto’s tegen. Best aangenaam fietsen op die routes.

In Royère was er niet alleen een Proxy, maar ook een bakker, beenhouwer en een toffe Bar-Resto met lekkere lokale gerechtjes. Ineens te veel van het goede, maar ik klaag niet hoor. Integendeel, erg gezellig.

Het kerkje was ook weer de moeite. Hier sprong bij het betreden van het schip zelfs een lichtinstallatie aan dat gekleurd licht op de gewelven scheen. Ik word hier echt een fan van die kerkjes.

Na Royère volgde een afdaling naar het meer van Vassivière, dat vrij laag stond. Tot Faux-la-Montagne — ook een pittoresk dorpje — ging het zacht golvend naast het meer. Ik reed heel rustig om langer van dit relatief vlak stuk te kunnen ben genieten.

Maar na Faux moest ik er terug tegenaan voor een lange maar haalbare klim. Op het hoogste punt — een col durf ik dat nog niet noemen — ging ik over van het Departement Creuze naar Corrèze. Dat mocht gevierd worden met een heel lange afdaling, jammer genoeg niet tot in Tarnac. Er moest eerste nog een half kilometertje steil bergop bij, wat na een lange daling des te lastiger is.

Op de Camping Municipal de l'Enclose in Tarnac was niemand aanwezig en moest ik bellen. Dat lukte niet, ik had al heel de route gemerkt dat ik op mijn nieuwe iPhone nergens mobiele data had, zelfs niet in de dorpjes. ‘Geen service’.

Vreemd, zo achterlijk kon Frankrijk toch niet zijn? Inderdaad niet. Na een heropstart had ik terug bereik. Dom genoeg was ik nooit op mijn goeie ouwe Android telefoon gaan kijken, die ik nu met een oplaadkaart gebruik om te navigeren. Die had wel bereik. Ik heb nu wat ervaring met beide operating systemen en verkies nog steeds Android. De iPhone loopt dikwijls vast, bv. ook bij Facebook Live filmpjes. Dan helpt mijn ouwe trouwe me uit de nood. Wat mij betreft is iPhone serieus overroepen. En mijn Android is nu ook al vijf jaar oud, en hij doet het nog steeds.

Toen ik de gefietste route opsloeg, merkte ik dat ik toch weer meer dan 700 hoogtemeters in de benen had. Maar op de D-routes vielen die best mee. Dat schenkt vertrouwen. Ik ga de Komootstrapatsen over kleine binnenweggetjes laten voor wie ze zijn. Voor de echte sportfietsers….

 

Zondag 4 sept: Tarnac - Saint-Salvadour (52 km - 620 altimeters)

Het was een luie ochtend op de Camping Municipal de l'Enclose in Tarnac. De tent was kliedernat van de dauw, mijn spullen binnen waren zelfs wat klammig. Daarom heb ik mijn tijd genomen en alles op mijn gemak laten drogen. De route tot het grote meer van Viam was goed te doen, de landschappen waren even mooi als de vorige dagen en de lichtbruine gehoornde supporters waren goedmoedig, hoewel Limousin koeien een agressief ras zou zijn. Er zat nog wel een prikkeldraad tussen ons.

In Viam was opnieuw een restaurantje, Chez Sandra. Ik heb veel geluk de laatste dagen! Sandra had een drie-gangen dagmenu voor 22€, dat heb ik niet laten liggen. Eerlijke keuken met lokale producten. Toen ik haar een flyertje overhandigde, vroeg ze een pakketje om in haar zaak te leggen. Heel fijn.

Het kleine kerkje van Viam had abstracte glasramen die speciale lichteffecten creëerden zonder dat er elektriciteit aan te pas kwam.

Aan het meer van Viam bevindt zich ook een camping municipal. Prachtige ligging, me dunkt, maar ik moest verder.

Image
Viam

Van Viam tot Treignac was het 13 km vrijwel non-stop zacht bergaf, een ‘cyclist’s delight’. Vlammen aan 25 à 30 km per uur. Maar dan kwam er weer een serieuze kink in het parcours. Om tot in het centrum van het stadje te geraken was het eerst een duikvlucht naar beneden tot aan een oud bruggetje over de Vézère, en aan de overzijde uiteraard even steil terug naar boven. Ik had ook de ringweg rond de stad kunnen volgen, maar de panorama’s op de stad waren de inspanning wel waard.

Ik deed beide hellingen te voet. De duik liep over een verhakkeld macadammetje (asfalt) met veel putten en kiezeltjes. Dat durfde ik niet avonturen. En de hemelvaart aan de overzijde was natuurlijk strompelduwen uit noodzaak. Achter mij kwamen drie Engelse mannen. Ik dacht dat ze mijn fiets wel mee een duwtje tot boven zouden geven, maar het waren geen gentlemen. Ze wandelden me doodgemoedereerd voorbij. Toen ik ze boven even later op een muurtje zag zitten, wilde ik nog ‘Thanks for helping me’ zeggen, maar ik heb het maar gelaten.

Na Treignac volgde zoals te verwachten een lange trage klim over een drietal kilometer. Daarna ging het vlot golvend tot Lonzac. Ik zag een pijltje naar een municipal op 600 meter en reed erheen. Het was al 17:30, tijd om te stoppen. Gesloten en er kwam ook geen water uit de kraantjes, dus ik kon niet blijven want mijn water was bijna op.

Dan maar 10 km verder naar Saint-Salvadour. Die is open tot 30 sep, volgens de website. De camping lag diep in een vallei aan een meertje en daarom vroeg ik aan enkele dorpelingen of hij zeker open was. "Oui Oui", installeer je en morgenvroeg komt er iemand langs. "Non non", toen ik eraan kwam was alles potdicht. Gelukkig kwam er nog water uit een buitenkraantje, dus ik kon blijven. Het liep ondertussen ook al tegen 19u aan.

Mijn powerbank was geladen en ik kan mijn laptop ook als powerbank gebruiken. Dat valt mee. Het zal een stil en donker nachtje worden op de verlaten Camping municipal van Saint-Salvadour.

 

Maandag 5 sep: Saint-Salvadour - Brives-la-Gaillarde (42,2 km - 500 altimeters)

Wat een off-dag vandaag! Ik geraakte niet vooruit. Er stond nochtans geen zware rit op het programma: iets meer dan 40 km en meer dalen (750m) dan stijgen (500m). Bijna heel de tijd over de D44, een tweebaansweg.

De eerste klim uit het dal van de camping was steil maar dat ging nog. Voor Seilhac volgde er nog zo eentje, en daarna voelden mijn benen aan als van flanel.

In Seilhac nam ik een lange rustpauze in het comfortabele 'Café de la poste' met een goede wifi om bij te werken, maar dat bracht niet veel soelaas aan de zwakke fysieke conditie. Toen ik me terug op weg begaf voelde ik meteen dat de vrij zachte klimpartijen me niet goed afgingen vergeleken met voorgaande dagen.

Image
Brive-la-Gaillarde

Ter hoogte van Sainte-Féréole, 8 km voor Brive, ging het licht bij mij even uit. Een zitbank vond ik niet langs de D44, dus installeerde ik mijn Helinox stoeltje onder een appelboom en nam een lange comateuze pauze in de schaduw. Het was warm (35°) en ik had op de D44 nauwelijks schaduw gehad.

Na een lange rust moest ik me echt bij het nekvel pakken om het laatste stuk aan te vatten. Volgens GoogleMaps was het volledig bergaf, maar die app is nooit accuraat wat hoogtemeters betreft. Godzijdank nu wel. Na nog 300 klimmetertjes was het gedurende 6 km snel bergaf en dan 2 km vlak.

Ik vermoed dat ik een milde hitteslag heb gehad. Bij het binnen rijden van Brives zag ik een Lerclerc hypermarkt en besloot te gaan kijken of zij campingaz bidonnetjes hadden. Na een kwartiertje rond slenteren in de gekoelde hypermarkt op zoek naar dat artikel voelde ik de uitputting al minderen. De laatste twee vlakke kilometers tot Brives centrum vielen daarna redelijk mee.

De jeugdherberg van Brives is definitief gesloten, dus ik reed naar de Tourist Info om te informeren naar budget hotels. Vandaag en morgen wil ik in een bed slapen. Het goedkoopste hotel (24€/nacht incl. ontbijt) bleek Grottes de Sainte-Antoine, 2 km verder. Ik belde en ze hadden nog plaats.

Bleek dit opnieuw een "klooster hôtellerie" te zijn bij een bedevaartsoord met een grot. Van de Franciscaner Orde. De weg erheen was opnieuw ruim een kilometer steil klimmen -- een beetje afzien hoort bij bedevaarten -- maar met het einddoel en een bed en douche in zicht is het gelukt.

De hôtellerie ligt in een rustig park. Ik boekte meteen voor drie nachten met avondmaal. Even goed recupereren en dan terug er tegenaan. Er volgen nl. nog bergetappes....

Qua foto's bood de D44 niets dat kan tippen aan de landschappen van de voorbije dagen. Daarom maakte ik vanavond een wandelingetje naar het hoogste punt van de kloostertuin en trok onderweg enkele fotootjes.

Morgen wordt het hier weer +30 graden met 80% regenkans. Daarna zakt de temperatuur terug onder de 30. Oef!

Alle foto's in één oogopslag

 

China verwoest de Tibetaanse cultuur en traditie in Tibet. Die kan enkel overleven via Tibetaanse kloosters in het buitenland.  Ik fiets voor het Tashi
Lhunpo klooster
in Bylakuppe, India. Help de Tibetanen in ballingschap hun bedreigde cultuur te bewaren met een gift via de donatiepagina https://www.reachoutforacause.org/ik-help of via een gewone bankoverschrijving op rek nr BE63 8918 7405 7108 van Reach Out vzw met vermelding 'Tibet'

Dank - Thuk ye she

Alle #cyclingfortibet etappes tot vandaag: https://www.komoot.nl/.../-cycling-for-tibet-summer-2022

#cyclingforTibet #KeepTibetCultureAlive #reachoutforTibet #humanrightsforall #SaveTibet #FreeTibet #womensolocyclists #Womensolotravelergroup

Klik op een van onderstaande links voor meer info: 
Tijdschrift de wereldfietser en vakantiefietser - De Wereldfietser - International Campaign for Tibet Europe - Freedom for Tibet - Campaign for Tibet - International Campaign for Tibet Deutschland e.V. - Lights on Tibet - TibetNews - Free Tibet - Tibetan Community in Belgium - Reach Out for a Cause