27 juli, Oostende - Nieuwpoort, 20,2 km
Mijn vooroordeel over de Belgische kust hoef ik niet in positieve zin bij te stellen, integendeel, het werd dubbel en dik bevestigd op het stukje kust GR dat ik vandaag afwandelde: poeplelijk en helemaal gebetonneerd, op het duinenstukje binnen het provinciaal domein Raversheide na. Een 'duinenwandeling' op dit traject bestaat uit een strookje duin van ong. 100 meter breed langs een geplaveid paadje links en rechts afgeboord met (prikkel)draad. Die draden worden door asociale hondeneigenaars soms gebruikt om kakzakjes aan op te hangen... Misschien een wedstrijd om ter volste? De honden zelf genieten hier wel aan de kust. Zoals enkele van mijn foto's getuigen, zij zijn blijkbaar ook in vakantiemodus.
Aan de zeezijde van de duinenstrook loopt de kustweg met tram en daarachter buildings van minstens 10 verdiepingen hoog. Aan landzijde ligt de oude bebouwde kom van de langgerekte kustgemeentes. Wat er van op de Warande uitkijktoren vlak voor Westende te zien is, vraag ik me dan ook af.... Enkel de brede zandstranden zijn mooi, wanneer er niet te veel volk op zit. Wegens corona en harde wind was dit nu niet het geval. Ik passeerde respectievelijk Mariakerke, Middelkerke, en Westende.
In Nieuwpoort wandelde ik opnieuw langs het imposante Westfront monument, maar nu vanuit een andere richting dan vorig jaar met de fiets. Daarna kwamen de bruggetjes over de Brugse Vaart en de IJzer aan de beurt.
Naast het spaarbekken van de IJzer waar (het voormalige) Bloso een watersportcentrum heeft, had ik het genoegen op de grootste camping van België te overnachten: bijna 1500 staanplaatsen. Niet echt mijn ding, maar na drie dagen kattewasjes met een washandje in een klein potje water, was een warme douche wel eens verkwikkend. En de voeten doen het nog steeds goed!
28 juli: Nieuwpoort - Diksmuide, grotendeels via GR130 - 22 km.
Vandaag een mooie tocht door de polders. Eerste langs de oevers van de IJzer, daarna naast kreken via kleine polderweggetjes, met heel wijdse uitzichten over de korenvelden en weiden. Jammer genoeg voor 98 procent over asfalt. Zand- of grintwegen heeft men hier blijkbaar afgeschaft. De 2 procent niet verhard was dan het andere uiterste: een ongebaand pad door hoog gras, distels en netels.
Op Google maps stond na acht kilometer een historisch hoevehotel met restaurant op de kaart: de Schoorbakkehoeve. Daar zou ik als lunch eens iets warm gaan eten, want ik eet ik nu uitsluitend koud omdat ik omwille van het gewicht geen vuurtje meer mee sleur. Dat was buiten corona gerekend: het grote etablissement was potdicht! Omdat er op de rest van het traject geen cafeetjes meer op de kaart stonden -- behalve in Diksmuide zelf natuurlijk -- en er op die polderweggetjes absoluut geen schaduw is, installeerde ik me op mijn rugzak in de schaduw van hun poortmuurtje om een boterhammetje te eten en mijn oververhitte voeten te 'luchten'.
Camping IJzerhoeve ligt 2 km buiten Diksmuide, een stuk achter het AVV-VVK IJzermonument, het Walhalla van het Vlaamse Nationalisme. Ik beschouw het als een door fanatieke flaminganten gekaapt vredesmonument... Nooit meer oorlog, een utopie....
De camping was een verademing vergeleken bij de mastondont camping Kompas in Nieuwpoort gisteren. Een hoeve midden in de polders, geen drukke animatie en vermakelijkheden. Een oase van rust en een heel vriendelijke uitbaatster. Zeker een terugkomer als ik deze streek met een betere mobiliteit nog eens bezoek.
29 juli: camping IJzerhoeve - vzw De Boot, 10,47 km
Speciaal voor mijn ecologische volgers (de meesten hoop ik) begin ik het tochtverslag van vandaag met een foto van een informatiebord over een rietveld dat al het afvalwater van het gehucht Sint-Jacobskapelle zuivert. Het gaat toch over een 20-tal woningen, dat zijn al wat liters per jaar. Straf werk van die ranke rietstengels. En absoluut geurloos, ik stond er vlakbij.
Naast het mooie kerkje van dat dorp zag ik enkele Keltische kruisen staan. Die mochten in dit verslag niet ontbreken. Een beetje nostalgie over mijn fantastische fietstocht rond Ierland vorig jaar....
Iets verderop zag ik op een bruggetje over een kanaaltje twee jongeren met een stevig nylontouw aan het werk. Een vislijn kon dit onmogelijk zijn. Zij waren aan het 'metaalvissen': met een sterke magneet scannen ze de slijkbodem af op zoek naar metalen voorwerpen. Vandaag was hun vangst nihil, maar ze diepten ooit al een obus, twee geweren en een aantal kogels op uit het slijk. Herinneringen aan de gruwelijke 'grote oorlog' die hier gewoed heeft.
Vanaf daar was het nog maar een 5 km te gaan, eerst verder door de polders en dan aan de Knockebrug de IJzer over. Daar staat een infopaneel over Fort De Knocke vlakbij, nogmaals een restant uit de tijd van de godsdienstoorlogen in de 17de eeuw. Opnieuw een ontmoeting met de bezettende Spanjaarden die vochten tegen de rebellerende Oostendse geuzen. Van het fort schiet niets over op de slotgrachten na.
Het laatste stukje liep ik langs het Kanaal Ieper-IJzer, om mijn wandeling af te sluiten bij vzw De Boot met een koffie verkeerd en een dikke spie appeltaart. Van uitbater Bart Castelein (de echtgenoot van schrijfster Kristien Hemmerechts) mocht ik naast de boot op de parking kamperen. Er was immers op wandelafstand van hier geen WTMG tuin of camping te vinden. Tx Bart.
30 juli: Merkem - Ieper -- 22, O2 km
Donderdagmorgen kon ik aan de verleiding weerstaan om na mijn 'natuurlijke (plas)wekker' rond 5:30 terug in mijn zak te kruipen en verder te pitten. Het ging immers al vrij warm worden die dag, en in de brandende zon naast een kanaal wandelen is geen pretje.
Voordeel van die plaswekker is dat ik al mooie zonsopgangen heb gezien en gefotografeerd deze tocht.
Om 7:20 was ik op weg. In Merkem/Houthulst kronkelt het kanaal nog natuurlijk en waren de boomreflecties in het lichtjes dampende water heel poëtisch.
Bij het monument voor oorlogsvrijwilligers Edward en Frans Van Raemdonck liet ik de voeten een eerste maal rusten. Het muurtje was geschikt voor een korte ochtendmeditatie over en voor deze twee broers die op deze plek in 1917, tijdens de derde slag rond Ieper, in elkaars armen omkwamen. Hun geesten zijn er nog merkbaar. Zo'n monument straalt een speciale energie uit.
Enkele honderden meters verder, aan de brug bij Steenstraete, stond een infopaneel dat daar in 1915 de eerste gasaanval door de Duitsers had plaatsgevonden. Er werd na de grote oorlog een monument opgericht, dat de Duitsers in WO-II vernielden omdat het hun niet zinde.
Na een stukje onverhard bospad, was het laatste gedeelte van het kanaal tot Ieper recht getrokken en afgeboord met beton. Het water zag er groen als een biljartlaken van de kroes.
Rond twee uur was ik in het onbewoonde Welcome to my Garden volkstuintje van Sarah nabij de vesten, waar ik de nacht mocht doorbrengen. Ik dropte mijn rugzak en ging naar een postpunt in de stad (2 km verder) om de tent op te halen die ik in Oostende vorige zondag besteld had. Om terug te keren, en voor vrijdag in Ieper huurde ik in het Biking Box fietserscafé een fiets.
En 's avonds was ik ook niet alleen in Sarahs volkstuintje. Joris De Fraeye, die rond België fietst in de andere richting, zakte van de Belgisch-Franse grens af tot Ieper om me te ontmoeten. Over hem volgt ook een aparte post, want hij kwam met een heel grote verrassing..
31 juli, Ieper.
37 graden, dat is er wat over om rond te tjokken met een rugzak in de zonovergoten maar schaduwarme Westhoek. Daarom besliste ik een bezoek te brengen aan het mannenopvangcentrum in de Lombaardstraat. Ik werd er heel hartelijk ontvangen door Tine Welvaert, die me een algemene uitleg gaf over de thuis- en daklozenproblematiek in Ieper. Tine was zichtbaar geëmotioneerd toen ze die verhalen vertelde.
Daarna moest ik langs de post om mijn oude gescheurde tent naar huis te sturen en rond het middaguur checkte ik in bij camping Jeugdstadion: douchen, kleren wassen en sociale media bijwerken. Na vijf dagen ben ik nog eens warm gaan eten in de stad. De 'Last Post' hoorde ik van op een afstand. De Menenpoort was al volzet toen ik eraan kwam.
s' Avonds rommelde het wat, maar een onweer bleef uit. Zelfs na zonsondergang was het in mijn tentje nog poefferig heet. Een kleine saunacel... Ik moest mijn binnentent ingangen openen om meer luchtcirculatie te creëren. Resultaat: mijn billen vol mierenbeten zaterdagochtend.
1 augustus: Ieper - Menen, 28 km.
Meteen buiten Ieper leidden de wandelknooppunten me langs de rustige Zillebekevijver en een eindje verderop langs een oorlogsbegraafplaats van 'Railway Dugouts' naast de spoorlijn in Zillebeke. Daar liggen 2048 geïdentificeerde oorlogsslachtoffers, vnl. Australiërs en Britten.
Daarna doorkruiste ik het provinciaal domein Palingbeek en passeerde langs een ei-kunstwerk van Koen Van Mechelen met talrijke kleien beeldjes ter herinnering aan de oorlogsslachtoffers van WOI. Een voorbijgangster vertelde me dat het publiek aanvankelijk een beeldje mee naar huis mocht nemen om een overledene thuis te eren, maar er kwamen mensen kruiwagens vol beeldjes halen, waarvan sommige nadien bij het groot vuil belandden. Daarna werd het kunstwerk ontoegankelijk gemaakt.
Rond 1860 probeerde men hier een kanaal van Ieper naar Komen aan te leggen, dwars door een heuvel heen. Er werd 16 sluizen gebouwd om het hoogteverschil te overbruggen, maar die werden nooit gebruikt omdat de wanden van het kanaal het niet hielden en her en der inkalfden. Nu is enkel de bedding van het kanaal nog zichtbaar, maar ze is grotendeels dicht gegroeid. Even verderop kon ik aansluiten op GR5a.
In de namiddag liep die opnieuw via mooie maar bloedhete veldwegen waar nauwelijks een schaduwplekje te vinden was. Even uitblazen en voeten luchten kon ik gelukkig in de slagschaduw van een elektriciteitsgebouw, gezeten op mijn rugzak.
Via de rijbaan is de afstand Ieper - Menen 17 km. Ik had gerekend op een derde meer via de GR, maar uiteindelijk was het traject 11 km langer. Daarop was ik niet voorzien; onderweg heb ik bij bewoners mijn waterzak moeten laten bijvullen. Tevens zou ik te laat in Menen aankomen om nog eten te kunnen kopen. Taverne De Zunnewijzer in Geluwe was open, dus daar heb ik me te goed gedaan aan een salade met warme geitenkaas.
Rond 20:45 kwam ik pas aan bij mijn Welcome to my Garden gastgezin Erwan en Yasmine.
2 augustus: Menen - Rollegem - 20,5 km
Eerst dwars door Menen, waar in het centrum op zondag gelukkig nog enkels voedingszaken open waren om het hoogstnodige proviand voor onderweg te kopen. Daarna volgde ik de GR5a. Om te beginnen een lang stuk via de linker-Leieoever tot Lauwe, en dan verder via landwegeltjes en kleine asfaltbaantjes tot 2 km voor Rollegem. Die laatste 2 km (dacht ik) volgde ik een kalme gewestweg.
In het centrum van Rollegem wilde ik eerst in een pizzeria iets eten voordat ik naar mijn gastgezin ging. Dat was buiten corona gerekend: binnen eten mocht niet meer, enkel uithalen. Zo gezegd, zo gedaan, ik dacht nog een 600 tal meter of zo voor de boeg te hebben. De Tombroekstraat bleek echter een heel lange straat, de GPS gaf 1,9 km aan tot de woning van Josephine Baele en Clément. Dit had ik niet verwacht, daarom gunde ik mijn stilaan oververhitte voetzolen eerst een kwartiertje lucht en rust op een bankje voor de bibliotheek.
Uiteindelijk vielen die laatste kilometers nog mee, door het licht glooiende landschap in het mooie licht van de avondzon. Ik was de eerste Welcome To My Garden gast van Josephine en Clément.