Hurlende herten, twee dagen rotweer, zwaar Ardennenklimwerk en één keer moeten terugdraaien wegens te steil en te lang. En een bezoek aan een heel bijzonder ondergronds museum.
5 okt: Gerouville - Habay-la-Neuve (38,45 km - 453 m klim)
Vannacht hoorde ik, telkens wanneer ik even wakker werd, een raar geloei. Er stonden veel koeien in de omliggende weilanden en ik dacht dat de boer ze misschien had vergeten te melken. 's Ochtends zei Eleonor me dat het burlende herten waren. Hoe dom dat ik daaraan niet gedacht had! Het is immers de periode om dit te kunnen horen.
De ochtendrit verliep OK, hoewel de klimmetjes terug wat steiler werden. Ik moest langs Virton omrijden om een warm jasje te kopen. Toen ik zondagochtend hals over kop uit de jeugdherberg van Bouillon moest vertrekken, ben ik mijn donsjasje in een kastje vergeten en ze hebben het niet gevonden. Zonder een warm jasje is het hier 's avonds te koud in een tent.
Tussen Virton en Habay, waar ik bij mijn 'Welcome to my garden' gastheer Marc van vorig jaar een dankkaart wilde gaan afgeven, begon het te gieten. Met de wind in de rug viel dit al bij al nog mee, en de afwisseling van klimmen en dalen hield me warm. Toen ik naast de weg een stenen kot zag, besloot ik daar even te rusten en te checken of Camping Beau Rivage in Fauvillers, waar ik vorig jaar twee nachten verbleef, open was. Jammer genoeg keren Petra en Philippe pas woensdag terug uit Vlaanderen.
Ik was blij dat ik er na een lange en natte fietstocht niet voor een gesloten poort heb gestaan, maar nu zat ik wel met een klein probleempje, want in de wijdere omgeving zijn er geen campings meer open en de dag zelf nog een 'Welcome to my garden' tuin contacteren is vrij onrespectvol. De hotelletjes in de omliggende dorpen waren dicht of erg duur. Gelukkig had ik nog het telefoonnummer van Marc in Habay-la-Neuve. Een kort belletje volstond. Ik kon opnieuw bij hem terecht, in de feestruimte van zijn kinderen waar ik vorig jaar ook een erg comfortabele nacht doorbracht.
Een vijftal kilometer voor Habbay zag ik een Delhaize. Yes! Nog wat proviand inslaan voor vanavond, opnieuw een goede gelegenheid om de aanhoudende regen even te ontvluchten. Een wijze beslissing, want toen ik terug buiten kwam was het niet meer aan het regenen, maar aan het stortregenen! Naast Delhaize was een taverne die open was -- de eerste die ik vandaag tegenkwam -- en ik dook er binnen voor een lait Russe.
Toen een klein half uurtje later de stortbui over was, kwam de zon er terug door en uiteindelijk kwam ik redelijk opgedroogd bij Marc aan.
Wegens de regen vanmiddag maar één foto vandaag.
6 okt: Habay-la-Neuve - Fauvillers (18,75 km - 285 m klim)
Vlak na mijn vertrek bij Marc hield ik het nog droog, maar een half uur later was het hek van de dam, regengewijs.
De 13 km-lange, rechte en sterk heuvelende 'P11' weg dwars door het mooie bosrijke natuurgebied Forêt d'Anlier fietste ik helemaal in de gietende regen. P11 is een heerlijk eenzame weg met weinig verkeer en het bos gaf beschutting tegen de wind, maar in de soms lange en snelle afdalingen kreeg ik een erg onaangenaam koudegevoel. Haha, bij regenweer is het eigenlijk aangenamer om zachtjes te klimmen, maar dat 'zachtjes' was er vandaag nauwelijks bij. Ik zit terug opgescheept met de steile Ardennenheuvels.
Het eerste dorpje dat ik passeerde was Fauvillers, waar ik vorig jaar verbleef in camping Beau Rivage. Er is daar is geen horeca om even te pauzeren en op te warmen. Ook de kerk, dikwijls een geschikt schuiloord, was gesloten. Ik hoopte dus dat Petra Pissoort en Philippe ondertussen al terug zouden zijn van hun familiebezoek in de 'Vlaanders'.
Dat was gelukkig zo. Ik parkeerde mijn fiets onder hun grote terrastent om een kleinigheidje te eten en had ondertussen een fijn gesprek met Petra. Zij zei me dat ik desgewenst in een caravan op de camping kon verblijven, maar eigenlijk had ik nog graag tot Bastogne doorgefietst. Ik hoopte dat het na de middag wat minder hard zou gieten.
Dit was echter wishfull thinking. Het bleef maar gieten en het koudegevoel ging niet weg uit mijn vochtige kleren, dus SMS'te ik naar Petra dat ik toch op haar aanbod zou ingaan.
Daarvan heb ik geen spijt, want ik zit nu lekker knus en warm op een comfortabele zetel dit verslag te schrijven. Petra bracht ook nog een pakje diepvries-stoomgroentjes voor me mee van de winkel. Zulke lieve mensen!
Het waren weinig maar heftige kilometers vandaag. Morgen zou het droog blijven. Dan hoop ik, zoals gepland, tot in Vielsalm te geraken, ong. 70 km maar met slechts 439 hoogtemeters over heel die afstand. Dat moet te doen zijn wanneer ik vroeg genoeg kan vertrekken -- ik zit nu immers niet met een natte inpak -- en ik geen energie moet steken in het warm houden van mijn lijf.
7 okt: Fauvillers - Vielsalm (72,54 km - 491 m klim)
Na een heerlijke namiddag en nacht in de warme caravan van Petra Pissoort en Philip op Camping Beau Rivage was ik goed uitgerust om aan de 70-plusser naar Vielsalm te beginnen.
Ik vertrok met gemiezer, maar na een klein uurtje brak de zon door de nattigheid, met een prachtige regenboog tot gevolg.
Het eerste gedeelte van het traject naar Bastogne verliep via een vrij vlakke grintravel. Wegens de overvloedige regenval van de voorbije dagen lag die er hier en daar glibberig bij en was ik wat beducht om niet tegen de korst te gaan. Op de allerslijkerigste stukken ben ik afgestapt.
Die grintravel was een voormalige trambedding en op geregelde afstand staan er infopanelen. Bij de vroegere halte van Sainlez las ik dat inwoners van de dorpjes Honville en Sainlez een steile klim door bossen en drassige graslanden moesten maken om van de tramhalte terug huiswaarts te keren. Die klim werd tijdens een gure winter de priester van Sainlez fataal: hij kreeg onderweg een hartaanval en stierf ter plaatse.
Een eindje verderop, aan een bruggetje, maakte de gemeente een 'forellentrap'. Voorheen was daar een waterval van 1m40, een hoogte die forellen niet kunnen overwinnen om terug naar hun paaigebied te trekken. Forellen leggen soms afstanden van om en bij 80 km af om te gaan paaien.
In de laatste zes km tot Bastogne kreeg ik weer enkele langere kuitenbijters voorgeschoteld.
Na een overdadige lunch in een wokrestaurant in Bastogne kon ik er terug tegenaan voor een 40-tal kilometers. Ik had gerekend op een rit van vier uur exclusief pauzes, maar dat viel onverwachts goed mee: de eerste 25 km tot Gouvy verliepen langs ravel 126, een mooi geasfalteerd pad langs de grens met Luxemburg dat prachtige vergezichten biedt op het uitgestrekte landschap. Zo rustig pedallerend op een zacht glooiend traject in het zonnetje voelde ik dat mijn beenspieren zich begonnen te ontspannen en zich oplaadden met nieuwe energie. Wat een contrast met de kouwelijke gekrispeerde regenritten van gisteren en eergisteren. Na Gouvy volgde nog wat stevig klimwerk, maar de laatste 10 km tot Vielsalm waren bijna volledig bergaf. Dat zal ik morgen moeten bekopen, vrees ik.
Rond 17:30 was ik in Vielsalm, waar een evenement met luchtballonnen bezig was. Rond en boven de woning van Mauricette, mijn 'Welcome to my garden' gastvrouw, hingen er zo'n twintigtal.
Na het ochtendgemiezer bleef het droog en vrij zonnig. Er zijn vandaag dus terug meer fotootjes.
8 okt: Ville-de-Bois (Vielsalm) - Luik (80,14 km - 557 m klim)
Na het, op aanraden van mijn 'Welcome to my garden' gastgezin Gérard en Mauricette, zacht dalende gedeelte door de Salmvallei tot Trois-Ponts en Petit-Coo begon het klimwerk. Aan de waterval in Petit-Coo was wel wat volk, maar helemaal niet de drukte die er in het hoogseizoen heerst.
Een eind na Petit-Coo volgde een eerste klim over enkele honderden meters vanuit het Amblėvedal, gevolgd door enkele kilometers heerlijk bollen over een zachtglooiend baantje met prachtige vergezichten op de heuvels rond Stoumont aan de overzijde van het dal.
Tien bochten van de hoop
Op een driesprong bij Moulin du Ruy begonnen mijn '10 bochten van de hoop'. Eerst een steile klim met zachte haarspeldnochten door een koel bos. Na iedere bocht dacht ik dat dit wel de laatste zou zijn. Na het bos volgde een ruraal gedeelte met akkers en weilanden. Dat zou wel minder steil worden, hoopte ik. Niets daarvan, mijn versnelling bleef in de allerkleinste klimstand, d.w.z een slakkengangetje van 5 km/uur. Tijdens zulke lange klimmen troost ik me dat dit op mijn staptocht rond België vorig jaar mijn maximumsnelheid was....
Zo ploeterde ik over een afstand van ongeveer zeven kilometer verder tot het hoogste punt onder een hoogspanningsleiding. Vandaar ging het in duikvlucht met soms snelheden tot 50 km/uur naar Spa, waar ik die Brusselse wafel met slagroom op een zonnig terrasje aan de Thermen dik verdiend had, vond ik.
Naast mij op het terras zaten twee motorrijders uit Verviers. Ik vroeg hen of de zwaar getroffen Vesdervallei tussen Pepinster en Luik mogelijk was met de fiets. Op GoogleMaps voor fietsers, die doorgaans goed up-to-date is wat omleidingen betreft, stonden op een gedeelte van die weg verbodstekens. De motorrijders konden het me evenmin verzekeren. Ik moest het ter plaatse nog maar eens vragen...
Even in een verkeershel(ling)
In de afdaling naar Pepinster zag ik een afslag naar Chaudfontaine. Die ging ik nemen, dan kwam ik vlak voor Luik uit. Dat was geen wijze ingeving. Plots stond ik voor een ellenlange supersteile klim. Eén rechte muur bergop, zonder verzachtende bochten. Normaal gezien geraak ik daarop wanneer ik af en toe kan stoppen om mijn beenspieren te laten ontzuren. Dat ging echter niet, er was voor fietsers alleen de witte streep, met vlak ernaast een vangrail. Alle verkeer moest dus voor mij uitwijken op het andere rijvak. En ze reden in beide richtingen bumper aan bumper: spitsuur en al het verkeer van de Vesdervallei nam nu ook deze weg. Ik zou een mega opstopping veroorzaken...
Aan de overzijde van de weg zag ik een strookje dat voor een voetpad moest doorgaan. Dat ging ik volgen, al fietsduwend wegens de vele putten. Na een 200-tal meters kwam ook daar een einde aan, maar het einde van de klim was nog niet in zicht.... Rechtsomkeer dan maar, 70 hoogtemeters voor niets geklommen...
In Pepinster vroeg ik aan drie verschillende inwoners of ik door de Vesdervallei kon. Ik wilde niet nog meer vruchteloze kilometers afleggen, ze begonnen stilaan te wegen. Het alternatief was een omweg met 280 hoogtemeters. Geen leuk vooruitzicht rond zes uur 's avonds. Alle drie bevestigden ze stellig: 'pas de problème en vélo'. En zo arriveerde ik zonder verdere klimarbeid rond 19:30 in de vurige stad Luik. Na een rit door de vallei die minder vurig was....
De sfeer in de dorpen langs de Vesdervallei, de zwaarst getroffen vallei in de overstromingen, was huiveringwekkend. Hoewel er al een titanenarbeid aan opruimwerkzaamheden werden gepleegd, waren de sporen van vernieling nog sterk aanwezig. Enkele kilometers voorbij Pepinster passeerde ik de beschadigde brug. Er lagen nog autowrakken in de berm en in weides. Alle struiken en bomen naast de weg hingen nog vol plastiek en afval. Veranda's waren gedeeltelijk weggespoeld. Alle benedenverdiepingen hadden onder water gestaan. De vensters en voordeuren van veel huizen waren kapot of dicht getimmerd. Veel panden onbewoond. Hopen bezetsel en steengruis naast de weg. Afbraakwerken. In de dorpen hing een troosteloze geur van vochtige leegstaande panden.
In Trooz waren militairen een waterbedeling aan het doen. De waterleiding is er dus nog niet hersteld. Ik zag er ook een douchecontainer op straat staan. De gasleidingen zijn naar verluidt ook nog niet hersteld. Geen verwarming en de winter komt eraan. 's Nachts daalt de temperatuur hier al tot het vriespunt. Naast het Ourthekanaal in Luik woonden nog mensen in tenten. Die 20 kilometer reed ik met een heel dikke krop in de keel en een ongemakkelijk ramptoeristgevoel. De mensen op straat begroetten me echter allemaal vriendelijk. Misschien dankzij mijn solidariteitsvlaggetjes.... Wat een angst en ellende moeten zij doorstaan hebben, en nu nog steeds.
Hoewel ik er zondag zelf niet kan bij zijn, hoop ik dat er veel volk naar de klimaatbetoging in Brussel trekt....
9 okt: Luik - Maastricht via Eben-Emael (42,31 km - 223 m klim)
Voordat ik in Luik vertrok zat ik op het pleintje voor de jeugdherberg nog even mijn e-mails en fietsroute te bekijken. Een buurtbewoner wandelde voorbij met zijn Mechelse herder, een speelse hond die meteen op een grote rotsblok sprong die een drietal meters voor mij op het pleintje lag. De man keek naar mijn fietsvlaggetje en ik reageerde met een flyertje. Daarop vertelde hij het verhaal over 'l'aveugle du quartier' (buurtblinde) die heel slechtziend was, maar wel elke knappe vrouw had zien passeren.... Tja...
Tot Eben-Emael volgde ik eerst het jaagpad naast het Albertkanaal en daarna dat van de Maas. Aan het afval te zien dat nog in de oeverbegroeiing hing, moet het overstromingswater hier net tegen of op het jaagpad gestaan hebben.
Ter hoogte van Lanaye kruiste ik de brug die ik in juni in de andere richting had overgestoken, na het verlaten van de lange donkere tunnel uit WO-ll
Nu moest ik eerst ong. 80 meter hoogteverschil overbruggen en daarna liep de rijweg volgens het Komootkaartje vrijwel parallel met de tunnel. Alleen vele meters hoger, want de tunnel ging dwars door de berg en was volledig vlak.
Ik wilde in de namiddag zowel het Fort van Eben-Emael als de Silextoren van kunstenaar/schrijver/ dichter Robert Garcet bezoeken. Ik ben een slechte planner wat toeristische attracties betreft. Voor het fort was ik een kwartier te laat. De laatste rondleiding begon om 14:00. Ik wist niet dat je het fort alleen met een gids mocht bezoeken....
Achteraf gezien was dit een meevaller, want beide bezienswaardigheden op één namiddag zou nooit gelukt zijn. Het bezoek aan de silextoren nam veel tijd in beslag. Robert Garcet was een heel maatschappij-betrokken kunstenaar, filisoof en humanist. Er viel veel te lezen en in het park errond was ook nog een tijdelijke tentoonstelling. Van dit bezoek volgt nog een apart verslag, waarschijnlijk na mijn thuiskomst.
Verslag silex toren Robert Garcet
Daarna was het nog 9 km tot Maastricht. In het Stayokay hostel mag je je eigen potje niet koken, dus maakte ik een wandeling door de stad om iets te gaan eten. Conclusie: Maastricht is een gezellige stad met een bruisend uitgaansleven.
10 okt, Maastricht: Museum Grotten Zonneberg en flitsbezoek Bonnefantenmuseum
Opnieuw draaide de culturele planning voor mijn rustdag in Maastricht volledig in de soep. In de voormiddag plande ik een bezoek aan het Bonnefantenmuseum, dat zich vlak tegenover het Stayokay hostel bevindt aan de overzijde van Maas. Op internet zag ik dat er ook nog een merkwaardig grottenmuseum bestond op de St.Pietersberg, zo'n 4 km buiten de stad. Daar wilde ik ook wel heen, maar dat kon enkel met een van tevoren aangeschaft ticket.
IJverig ging ik aan het werk: er waren twee tijdsloten:12:30 of 15:00. Een rondleiding duurt twee uur en ik was om 17:30 in Stayokay afgesproken met mijn 'Welcome to my garden' gastgezin Maddy Jans en Mathieu Coenegrachts uit Lafelt, dus het werd de rondleiding van 12:30. Dan kon ik 's ochtends twee uur naar Bonnefanten, dan de grotten, en in de namiddag nog een uur of zo Bonnefanten.
Fout! Bonnefanten opende niet om 10 uur, maar pas om 11 uur. Dat stelde ik vast nadat ik het ticket voor de grotten had gekocht. Ik moest mijn ochtendbezoek tot minder dan een uur reduceren.
De gids van de grottentocht had onvoldoende lampen meegenomen en begon daardoor een half uur te laat, waardoor de rondleiding tot na drie uur uitliep. In grotten is het fris, toen we eruit kwamen rammelde ik van de honger. Zelfs de snelst mogelijke hap in Buitengoed Slavante, een stemmige taverne nabij de ingang van de grotten, zou onvoldoende tijd over laten voor Bonnefanten deel/2. Mijn blitzbezoek werd per minuut mijn duurst betaalde museumbezoek ooit...
Gelukkig was de geschiedenis van het ontstaan en de culturele aanwending van het reusachtige grottenstelsel onder de St.Pietersberg, heel erg de moeite. Hierover volgt nog een uitgebreid verslag. Ik nam tijdens de ondergrondse wandeling van 4 km veel foto's en notities.
Verslag bezoek Zonneberggrot en museum
11 okt: Maastricht - Hasselt via Zutendaal en Hoeselt (48,35 km - 211 m klim)
Niet veel speciaals te vermelden over de rit van vandaag. Bij het uitrijden van Maastricht zag ik een halve brug in het landschap. Dat soort 'bouwkundige miskleunen' gebeurt blijkbaar ook bij onze Noorderburen. En een ontheiligde kerk die nu als Basic Fit gymzaal dienst doet: de kerk daalt af van het geestelijke naar het verfoeide fysieke niveau. Het kan verkeren....
Maria en Ludo uit Zutendaal waren op reis, ik dropte de dankkaart in hun bus en reed verder door naar Hoeselt voor de volgende kaartstop bij Tania Emmerechts en Kris Berden.
Tania en haar mama Hortentia waren thuis, Kris kwam even later kort over huis. Alles was goed met hen, hoewel het iets stiller in huis was dan in juni (https://www.reachoutforacause.org/.../rond-belgie-2021...): na de twee corona lockdowns zitten de twee zoons terug op kot in respectievelijk Leuven en Kortrijk. En poes Ginger leidt haar prinselijk luilekkerleventje gewoon verder.
Na Hoeselt had ik nog maar 19 km te bollen tot Hasselt, waar ik bij mijn ex-collega van het Humanistisch Verbond, Monique Sevens mocht blijven overnachten.
12 okt: Hasselt - Sint-Antonius Zoersel (79,92 km - 121m klim)
Na een heerlijk smoothie-met-havermout ontbijt bij Monique Sevens verliet ik de Hasseltse grote markt in een druilerig weertje. Eens goed en wel op het jaagpad naast het Albertkanaal begon het harder te gieten.
Enkele malen moest ik het jaagpad verlaten en een kleine omweg maken, ofwel om rond bedrijfsterreinen te rijden ofwel omdat er nieuwe bruggen over het kanaal in constructie waren. In café De bierstal werd ik warm en hartelijk ontvangen, de overige omwegen voerden me jammer genoeg niet langs toffe cafeetjes. Net bij de aanvang van een gigantisch felle plensbui kon ik me gelukkig tijdig bij Dovy Keukens in Ham 'binnenwerpen'.
Vandaar ging het richting Geel. Toen ik er de Grote Markt naderde, zag ik opnieuw een gitzwarte wolkengordijn om me afkomen. Ik speelde op zeker en installeerde me op een terras voordat het begon te druppelen. Wijze beslissing, want vijf minuten later kreeg mijn arme fiets opnieuw een gratis wasbeurt...
In Geel zag ik dat Elke Van Rulo van mijn laatste dankkaartadres in Beerse had laten weten dat ik niet hoefde langs te komen omdat ze beiden aan het werk waren. Jammer, maar eigenlijk viel dit mee, want wegens de vele regenpauzes liep het ondertussen al tegen 17u aan. Met de omweg langs Beerse had ik nog 50 km of iets meer dan drie uur te fietsen, en nu waren het er nog maar 35 tot Sint-Antonius Zoersel. Kort nadat de duisternis was ingevallen, kwam ik aan bij Els van Vlimmeren, waar een warme douche en een heerlijke verse groentenmaaltijd op me stonden te wachten. En goed dat dit deed na zo'n natte dag! Dikke merci.
13 okt: Sint-Antonius Zoersel - Berchem (21,11 km - 22 m klim)
Woensdag was ik van plan om van Sint-Antonius naar Mechelen te fietsen, daar te overnachten en donderdagochtend de 20 km tot Brussel door te rijden om kort na de middag in de kantoren van de Brailleliga vzw of Ligue Braille asbl te arriveren.
Zondag had ik dit voornemen per e-mail voorgelegd aan mijn contactpersoon. Toen ik dinsdag nog geen reactie had ontvangen, belde ik haar op. Ze bleek al een poos met ziekteverlof, en donderdag begon de driedaagse Brailletech conferentie, dus het was alle hens aan dek bij de Brailleliga. De slotrit naar Brussel zal voor een andere keer zijn.
Voorlopig weet ik ook nog niet hoeveel mijn fietstocht rond België tot nog toe heeft opgebracht, want die info zit ook bij mijn contactpersoon. Zeker is dat ik nog een heel eind verwijderd ben van de beoogde 6200€ voor de brailleleesregel. 1500€ per week ophalen is veel, en er was onderweg bijna geen volk meer op campings. Normaal gezien steken medekampeerders wel al eens iets toe.
Het wordt dus nog wachten op de terugkeer van mijn contactpersoon vooraleer ik de slotrit Antwerpen-Brussel-Antwerpen kan plannen.
Mijn kilometerteller staat nu op 1093 km met 6300 hoogtemeters. Dit is 200 km minder dan mijn voettocht rond België. De wandelwegen kronkelen blijkbaar veel meer...
Voorlopig mag mijn geel aluminium ros even op stal en slaap ik sinds woensdagavond terug in mijn eigen bed .